Steeds meer kastanjebomen in Vlaanderen sterven door een hardnekkige schimmelziekte: kastanjekanker. De ziekte, veroorzaakt door de schimmel Cryphonectria parasitica, toont zich via opvallende oranje sporen aan de bast en leidt vaak tot afsterven van hele bomen. In toenemende mate worden kastanjebomen in Vlaamse steden en parkzones getroffen. De Amerikaanse tamme kastanje en de Europese tamme kastanje zijn het gevoeligst.
VRT NWS brengt verslag uit over diverse plekken waar kastanjebomen massaal zijn aangetast. Op bepaalde locaties is vrijwel geen groen blad meer te bespeuren; takken zijn dor en rotten weg. Het bos in Bokrijk is daarvan een sprekend voorbeeld: de ziekte verspreidt zich zo snel dat een groot aantal kastanjes letterlijk bezwijkt onder de infectie.
Experts bevestigen dat kleine infecties bij jonge bomen moeilijk herkenbaar kunnen zijn, wat monitoring bemoeilijkt. Terwijl behandelmogelijkheden bestaan, zijn ze in de praktijk complex en arbeidsintensief. Daardoor is preventie en vroegtijdige detectie essentieel.
Regelmatige controles en proactieve sanering zijn van groot belang: geïnfecteerde bomen moeten tijdig worden verwijderd voordat besmetting verder oprukt. In sommige gevallen kunnen aangetaste zones zelfs uitgeroeid worden om verspreiding tegen te gaan. De ziekte heeft niet alleen ecologische impact - de kastanjeboom is een iconisch stads- en landschapsboomtype -maar ook sociale en esthetische gevolgen, omdat veel wandelroutes en groenplekken hun uitstraling verliezen wanneer kastanjes verdwijnen.
Kortom, kastanjekanker breidt zich opvallend snel uit in Vlaanderen. Zonder tijdige aanpak zullen veel kastanjebomen onnodig verloren gaan. Preventieve maatregelen, zoals intensieve monitoring, verwijderen van geïnfecteerd hout en mogelijk het aanplanten van resistente soorten, zijn cruciaal om verdere schade te beperken. Alleen zo blijft het kastanje-erfgoed in openbare ruimtes behouden voor toekomstige generaties.
Meer info over kastanjekanker op Ecopedia.
Bron foto: Tamme kastanje (Castanea sativa) © Tony Rebelo
