Na goedkeuring door de milieuministers van de EU is op 18 augustus de Natuurherstelwet in werking getreden. De wet heeft tot doel om tegen 2030 20% van het land en de zee in de EU te herstellen. Tegen 2050 moeten alle ecosystemen die herstel nodig hebben, hersteld worden. Voor steden betekent dit dat er maatregelen moeten worden genomen om het verlies van stadsgroen een halt toe te roepen en het stedelijk groen en de oppervlakte boomkruinen uit te breiden.
De economische kosten van de aantasting van de natuur zijn zeer hoog. Elke euro die aan herstel wordt besteed, kan een rendement van meer dan 8 euro opleveren, afhankelijk van het ecosysteem. Alleen gezonde en productieve ecosystemen kunnen de vele diensten leveren waarvan wij allemaal afhankelijk zijn, zoals veerkracht tegen klimaatverandering en natuurrampen, zoals droogte en overstromingen, en voedselzekerheid op lange termijn.
Meer dan de helft van het wereldwijde BBP is afhankelijk van de natuur en haar diensten. De Europese Centrale Bank berekende dat in de eurozone ongeveer 3 miljoen bedrijven (dat is 72% van de bedrijven in de eurozone) sterk afhankelijk zijn van ten minste één ecosysteemdienst om hun goederen te produceren of hun diensten te verlenen. Ernstig verlies van functionaliteit in deze ecosystemen zou kritieke problemen veroorzaken voor deze bedrijven en de Europese economie.
De bio-economie is voor haar hulpbronnen ook afhankelijk van de natuur. Het herstellen en in stand houden van de biodiversiteit in landbouw-, mariene, bos- en andere ecosystemen is economisch rendabel en zorgt voor een veerkrachtigere en stabielere productie van landbouw- en visserijproducten en van hout en andere materialen voor de bio-economie.
Verdere achteruitgang
Ondanks de inspanningen van de EU en de internationale gemeenschap gaat het verlies aan biodiversiteit en de achteruitgang van ecosystemen in een alarmerend tempo door, wat schadelijk is voor mensen, de economie, de natuur en het klimaat. Vandaag de dag verkeert meer dan 80% van de Europese habitattypes in een slechte of ongunstige toestand, terwijl veel habitattypes nog verder achteruitgaan. Eerdere inspanningen om de natuur te beschermen en te behouden hebben deze zorgwekkende trend niet kunnen keren.
Rapporten van het Europees Milieuagentschap over de toestand van de natuur in de EU of het werk van het Intergouvernementeel Platform voor wetenschap en beleid inzake biodiversiteit en ecosysteemdiensten (IPBES) tonen aan dat de Europese ecosystemen steeds meer onder druk komen te staan, vooral door veranderingen in landgebruik en bodemgebruik. Daarnaast heeft de natuur te lijden onder klimaatverandering en andere bedreigingen zoals verontreiniging door nutriënten als gevolg van overmatig gebruik van meststoffen en chemische uitstoot. Om deze achteruitgang een halt toe te roepen werd de Europese Natuurherstelwet opgesteld.
Klimaatverandering en voedselzekerheid
De wet is een belangrijk onderdeel van de Europese Green Deal en de EU-biodiversiteitsstrategie en bouwt voort op bestaande EU-milieuwetgeving. De verordening stelt bindende doelen om aangetaste ecosystemen te herstellen. Prioritair zijn de natuurgebieden met het grootste potentieel om koolstof op te vangen en op te slaan en gebieden die de impact van natuurrampen kunnen voorkomen of verminderen. De verordening inzake natuurherstel is zondag 18 augustus 2024 in werking getreden.
De volledige uitvoering van de wet is cruciaal om de biodiversiteit in de EU te herstellen en verder biodiversiteitsverlies een halt toe te roepen. Ook is natuurherstel nodig om tegen 2050 klimaatneutraliteit te bereiken en ons aan te passen aan de klimaatverandering, en om de voedselzekerheid voor EU-burgers te verbeteren. Op die manier ondersteunt de wet de verwezenlijking van andere Europese ambities, zoals waterzekerheid.
De wet is ook een belangrijk instrument om de EU en haar lidstaten te helpen hun internationale verbintenissen op het gebied van biodiversiteit na te komen in het kader van het mondiale biodiversiteitskader van Kunming en Montreal.
De wet zet een proces in gang voor continu en duurzaam herstel van de Europese natuur op het land en in de zee en ondersteunt tegelijkertijd duurzamere economische ontwikkeling en landbouwproductie en gaat hand in hand met de ontwikkeling van hernieuwbare energie.
Als algemene doelstelling die op EU-niveau moet worden bereikt, zullen de lidstaten tegen 2030 herstelmaatregelen treffen in ten minste 20% van het land en 20% van de zeeën van de EU. Tegen 2050 moeten dergelijke maatregelen zijn genomen voor alle ecosystemen die moeten worden hersteld.
Herstelmaatregelen ook voor stedelijk groen
De wet bevat eisen om herstelmaatregelen in te voeren zodat belangrijke habitattypes en op het land en in zee te terug in goede staat kunnen verkeren. De wet vereist ook dat stedelijk groen en stedelijke boomkruinen worden behouden en na 2030 worden uitgebreid.
Tegenb 2030 moet minstens 25.000 km rivieren in Europa hersteld zijn tot vrijstromende waterlopen. Daarnaast zal de wet bijdragen aan het omkeren van de achteruitgang van populaties bestuivers en het verbeteren van hun diversiteit, de biodiversiteit in landbouwecosystemen en de biodiversiteit van bosecosystemen verbeteren, en
Nationale herstelplannen
Voor verschillende ecosystemen gelden verschillende hersteldoelstellingen en de lidstaten beslissen welke specifieke maatregelen zij op hun grondgebied zullen nemen. Daartoe moet elke lidstaat een nationaal herstelplan ontwikkelen waarin de herstelbehoeften en -maatregelen worden uiteengezet om aan de verplichtingen te voldoen en de streefdoelen van de wet te bereiken, aangepast aan de nationale context en rekening houdend met de diversiteit van de verschillende regio's. De nationale herstelplannen moeten een tijdschema voor de uitvoering ervan, de benodigde financiële middelen en de beoogde financieringswijzen omvatten, alsook de verwachte baten. Daarbij ligt de focus op de aanpassing aan, en matiging van de klimaatverandering. De lidstaten moeten synergieën identificeren met andere beleidsgebieden, zoals de beperking van en aanpassing aan de klimaatverandering, bodemdegradatie, rampenpreventie, landbouw, visserij, bosbouw en de ontwikkeling van hernieuwbare energie.
EU lidstaten aan zet
De lidstaten moeten binnen twee jaar na de datum van inwerkingtreding bij de Commissie een ontwerpplan indienen met mijlpalen voor 2030, 2040 en 2050. Deze plannen moeten open en transparant worden ontwikkeld, zodat het publiek en alle relevante belanghebbenden aan het proces kunnen deelnemen. De Commissie zal de nationale autoriteiten ondersteunen bij het opstellen van deze plannen.
De Commissie beoordeelt de ontwerpplannen en kan opmerkingen maken waarmee de lidstaten in hun definitieve plannen rekening moeten houden. Binnen zes maanden na ontvangst van eventuele opmerkingen moet elke lidstaat zijn plan afronden, publiceren en bij de Commissie indienen. Het Europees Milieuagentschap zal regelmatig technische rapporten opstellen over de vooruitgang die wordt geboekt bij het behalen van de doelstellingen. De lidstaten moeten hun plannen uiterlijk in 2032 en 2042 herzien.
De lidstaten kunnen de nodige fondsen mobiliseren uit publieke en private bronnen, waaronder EU-fondsen. Ze kunnen putten uit een verscheidenheid aan EU-financieringsmogelijkheden, waaronder de fondsen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, regionale fondsen, het LIFE-programma, Horizon Europe en het Europees Fonds voor Maritieme Zaken, Visserij en Aquacultuur.
Specifieke streefdoelen waar jij aan kan bijdragen
Om de EU-brede doelstellingen voor natuurherstel te halen, worden in de verordening gekwantificeerde en tijdsgebonden hersteldoelstellingen vastgesteld voor habitats van bijlage I van de Habitatrichtlijn (met inbegrip van boshabitats, veengebieden, graslanden, rivieren en meren), alsook doelstellingen voor habitats van beschermde soorten in het kader van de Habitat- en de Vogelrichtlijn, en hersteldoelstellingen voor essentiële mariene habitats die onder de natuurrichtlijnen en de Kaderrichtlijn mariene strategie vallen.
Afgezien van de habitats die onder de bestaande wetgeving vallen, vereist de wet, om de voortdurende levering van ecosysteemdiensten aan de Europese burgers te garanderen, van de lidstaten dat zij
- het verlies van stedelijk groen een halt toe te roepen en het stedelijk groen en de stedelijke boomkruinbedekking te vergroten
- de natuurlijke verbinding van rivieren en de natuurlijke functies van de bijbehorende uiterwaarden te herstellen
- de achteruitgang van bestuivers een halt toe te roepen en om te keren
- veengebieden onder landbouwkundig gebruik herstellen en opnieuw bevochtigen
- maatregelen nemen om de populaties van boerenlandvogels te doen toenemen en een positieve trend te bereiken in bepaalde andere belangrijke biodiversiteitsindicatoren in landbouwecosystemen
- een positieve trend bereiken voor een reeks biodiversiteitsindicatoren in bosecosystemen
- bijdragen aan de verbintenis op EU-niveau om tegen 2030 ten minste drie miljard extra bomen te planten
Bron tekst: persbericht Europese Commissie
Bron foto: Ook stadsgroen valt onder de Natuurherstelwet (Brugge). © D. Vestikas / Pixabay